Ons gebed

Het Cisterciënzer leven rust op drie pijlers: het gebed, de lectio divina en de arbeid. Het belangrijkste gebed is het Werk Gods, ook wel getijdengebed genoemd. Het vormt de kern van ons leven. Zeven maal per dag komen we samen in de kerk om te bidden uit het Boek der Psalmen. De lectio divina richt ons hart op de levende Heer. En ook tijdens de arbeid proberen we in de sfeer van het gebed te blijven.

Elke twee weken worden alle 150 psalmen zingend gebeden. Daarin komt het hele scala aan menselijke gevoelens langs. ‘We danken en smeken, we vloeken en murmelen, juichen en worden stil’, zegt zr. Wendelien. ‘Alles wat in de psalmen verwoord wordt, gebeurt ook aan ons.’

De lectio divina legt het fundament voor de dag. Wat zegt God mij doorheen de woorden van de Heilige Schrift? We nemen Zijn Woord met ons mee, en ‘herkauwen’ het gedurende de dag, ook tijdens het werk. Het voedt ons, en het herhalen van een vers uit de Psalmen of uit het Evangelie houdt ons erbij als onze gedachten dreigen af te dwalen.

Het allerbelangrijkste – en het moeilijkste – van de lectio is dat het traag moet. ‘Ik kan het alleen als de dag nog niet is begonnen’, zegt zr. Pascale. ‘Het hoort bij de vroege ochtend, om zes uur, nog ruim voor de lauden. Ik doe het trouw elke ochtend een half uur, en altijd in het scriptorium.

Naast het Werk Gods en de lectio divina is er het stil gebed, het luisteren naar de Heer in de stilte van ons hart. We doen dat gezamenlijk in de kerk, aansluitend aan de Nachtwake, de Sext, de Vespers en de Completen.